Uitgangspunt
Ook tijdens de COVID-19 pandemie zijn evacuaties, in kader van een al dan niet fast burning crisis, mogelijk. De lokale overheid zal bij dit soort incident ingeschakeld worden om het PSH-netwerk (psychosociaal hulpverleningsnetwerk) op te starten en een OC (opvangcentrum) te openen. Waar vroeger de deur van een polyvalente zaal of een sporthal openen voldoende was om het PSH-team te laten starten met de opvang, dient er in deze tijden veel meer vooraf nagedacht te worden hoe we een heterogene groep, waarvan we de gezondheidstoestand niet kennen, op een veilige wijze kunnen opvangen. De veiligheid en gezondheid van zowel geëvacueerde burgers als van de hulpverleners verdient onze aandacht.
Er werden door heel wat instanties reeds handige hulpmiddelen uitgewerkt om activiteiten te organiseren met in acht name van social distance. Ook de ministeriële besluiten, met de COVID-19 regelgeving, bevatten de basishouding om de verspreiding van het virus te beperken. De parameters die steeds terug komen en dus ook bij de opvang van geëvacueerden toegepast moeten worden, zijn:
- Afstand houden van personen die niet onder hetzelfde dak wonen (1,5m)
- In een ruimte: 1 persoon per 10m² (of in deze context 1 gezin / 10m²)
- Aandacht voor basis- en handhygiëne
Verder biedt de Generieke Gids, zoals terug te vinden op de website van de FOD WASO, heel wat praktische richtlijnen die iedere sector, dus ook de noodplanning & crisisbeheer, zal moeten omzetten naar de eigen bedrijfsvoering.
Als laatste uitgangspunt blijft de opvang van geëvacueerden een onderdeel van het takenpakket van discipline 2. De lokale overheid ondersteunt hierin met het ter beschikking stellen van het OC en het PSH-netwerk. Het is dan ook evident dat de aangepaste COVID-19 aanpak zal vertrekken vanuit de bestaande procedures van discipline 2. Het bestaande “stroomdiagram evacueren” zal dan ook de basis zijn voor de nieuwe aanpak.
Het stroomdiagram evacueren
In het bestaande stroomdiagram evacueren van de FOD Volksgezondheid onderscheiden we 3 types van opvangorganisatie:
- De opvang bij mooi weer (maximaal 1 uur)
- De opvang van maximaal 20 personen bij slecht weer, langer dan 1 uur en maximaal 4 uur
- De opvang van meer dan 20 personen, langer dan 4 uur (en kwetsbare doelgroepen ongeacht hun aantal)
Voor deze 3 types van opvang zal dus een aanpassing moeten gebeuren die COVID-19-proof is.
Het stroomdiagram werd daarom uitgebreid met eerste reflexacties. Doel is niet om een alles omvattende procedure vast te leggen, maar om de lokale PSH-medewerkers en andere hulpverleners, die als eerste ter plaatse zijn, een houvast te geven. Later, wanneer discipline 2 het PSIP (psychosociaal interventieplan) heeft ontplooid, zal bijgestuurd kunnen worden. Voortschrijdend medisch inzicht speelt bij COVID-19 zeker een belangrijk rol. Het belangrijkste is dat de eerst aanwezige hulpverleners veilig kunnen starten met de opvang.
Net als in het originele schema, is de zwarte tekst in de kaders de instructie die toegepast dient te worden. De bestaande methodologie wordt dus doorgetrokken in enkele nieuwe kaders die onder het bestand schema worden toegevoegd.
Opvang bij mooi weer, maximaal 1 uur:
Wanneer het mooi weer is en de ingeschatte tijd dat de geëvacueerden opgevangen moeten worden maximaal 1 uur bedraagt, is de opvang in de openlucht te prefereren. Om de verspreiding van het virus te beperken is immers een goede verluchte omgeving te verkiezen boven een gesloten ruimte. De geëvacueerden kunnen dan op 1,5m afstand van elkaar buiten opgevangen worden. Een mondmasker dragen kan maar is niet verplicht.
Vanwege de korte ingeschatte opvangtijd stellen we voor om het PSH-netwerk NIET te activeren. Zo wordt contact met potentieel besmette personen voorkomen.
Voor de overige hulpverleners (vaak discipline 3 en de reguliere hulpverleners uit discipline 2) is het beschikbaar houden van mondmaskers zinvol. Indien er toch contacten nodig zijn, waarbij de 1,5m social distance niet gegarandeerd kan worden, kunnen deze maskers ondersteunend bescherming bieden. Denk er dan aan om ook de geëvacueerden waarmee het nauw contact gelegd wordt ook een mondmasker te laten dragen. Zo beschermen alle aanwezigen in dit contact elkaar.
Opvang bij slecht weer, maximaal 4 uur tot 20 personen:
In deze situatie wordt best gekozen om naar een opvang centrum te gaan of om de geëvacueerden dicht bij de plaats van interventie te houden op een (lijn)bus.
Indien voor een (lijn)bus gekozen wordt zullen goede instructies nodig zijn voor de geëvacueerden. De social distance zal gegarandeerd moeten worden. Tussen ieder persoon (of gezin dat onder 1 dak woont) zal 1 of 2 banken vrijgelaten moeten worden. De consequentie hiervan is dat op 1 (lijn)bus maar een 10 tal personen (of gezinnen) opgevangen kunnen worden. Er zullen voor een groep van 20 personen dus meerdere (lijn)bussen nodig zijn.
Omdat op een (lijn)bus de afstand van 1,5m mogelijk niet altijd perfect gegarandeerd kan worden (bv bij het in/uitstappen) zullen bijkomende maatregelen nodig zijn. Het dragen van een mondmasker voor alle aanwezigen (geëvacueerden & hulpverleners) zal hier als extra maatregel nodig zijn. Bij voorkeur gebruiken de geëvacueerden hun persoonlijk mondmasker. Indien ze dit niet bij zich hebben zal er vanuit het PSH-netwerk of lokale overheid best voorzien worden in mondmaskers. Ook discipline 2 kan hierin ondersteunen maar de ontplooiing van een MIP of PSIP vraagt tijd. Het getuigd dan ook van goede voorbereiding om vanuit de lokale overheid te voorzien in een eerste set mondmaskers. Aantallen zullen bepaald worden door de grote van de gemeente/stad en de organisatie van het lokale PSH.
Verder zal het voorzien van bijkomend materiaal, zoals ontsmettende handgel en poetsgerief voor contactoppervlaktes, behoren tot de basisuitrusting om de opvang op te starten.
De inzet van de PSH-medewerkers beperkt zich hier best in aantal. Zo worden contacten met potentieel besmette personen beperkt. D2/DSI zal zich ontplooien om ondersteuning te bieden aan deze beperkte PSH-ploeg.
Indien een (lijn)bus niet voorhanden is of indien dit niet de beste oplossing lijkt, kan er uiteraard altijd gekozen worden om naar een klassiek OC te gaan. Zie hieronder voor de aanpak.
Opvang langer dan 4 uur of meer dan 20 personen of kwetsbare doelgroep:
Wanneer er gekozen wordt om een OC te openen zullen ook hier maatregelen voor social distance ingevoerd moeten worden. Omdat één van de algemene regels is dat we 10m² moeten voorzien per persoon (of gezin dat onder 1 dak woont) zal de grootte van de groep bepalend zijn voor de keuze van het OC. Het OC zal in ieder geval groter moeten voorzien worden dan we gewend zijn. Mogelijk zal, als de groep te groot is, overwogen moeten worden om meerdere OC’s in te zetten, zodat deze 10m²/persoon (of gezin) gegarandeerd kan worden.
In een OC zal de afstand van 1,5m mogelijk niet overal gegarandeerd kunnen worden. Daarom is het ook hier de regel om iedereen (geëvacueerden & medewerkers) een mondmasker te laten dragen.
Het voorzien van ondersteunend materiaal, zoals ontsmettende handgel en poetsgerief voor contactoppervlaktes, behoren tot de basisuitrusting om de opvang op te starten.
De inzet van de PSH-medewerkers beperkt zich hier eveneens best in aantal. Zo worden contacten tussen potentieel besmette personen beperkt. D2/DSI zal zich ontplooien om ondersteuning te bieden aan de beperkte PSH-ploeg.
Aangepaste opvang = aangepaste uitrusting:
Het invoeren van een aangepaste werkwijze in de opvang betekent ook dat de uitrusting van het PSH-team hierop voorzien moet worden. Het gekende standaardmateriaal van het PSH-team zal uitgebreid moeten worden met beschermingsmiddelen om de overdracht van COVID-19 te beperken of te voorkomen. De volgende extra’s kunnen er voor zorgen dat de opvang meteen COVID-19-proof kan starten, zonder dat dit eerst nog bij elkaar gezocht moet worden:
- Mondmaskers voor geëvacueerden en hulpverleners (2 lagig stoffen of chirurgische)
- Handgel
- Poestdoekjes voor ontsmetten van contactoppervlaktes (poetsen kan met alcoholgel of bleekwater 1%)
- Extra balpennen (zodat pennen niet doorgegeven hoeven worden)
- Wegwerphandschoenen en enkele wegwerpschorten
Al deze extra’s hoeven niet in grote hoeveelheden beschikbaar te zijn. Belangrijk is dat er veilig gestart kan worden. In een tweede tijd kan er vanuit de gemeentelijke voorraad extra materiaal bijgehaald worden (bv extra alcoholgel of poetsgerief).
Ook andere materialen kunnen vanuit gemeentelijke gebouwen bijgehaald worden: plexi scherm (bv voor registratie in OC), gelaatschermen (bv voor privacy gevoelige gesprekken die niet vanop 1,5m afstand kunnen)…
Naast materiaal is bijkomende signalisatie ook handig:
- Pictogrammen die de social distance onder de aandacht brengen (1,5m)
- Pictogrammen die het dragen van mondmasker benadrukken
- Instructies “hoe mondmasker dragen/aandoen”
- Instructies hoe handen wassen/ontsmetten
Besluit
Tijden veranderen, ook voor de noodplanning en het crisisbeheer. Opvang van geëvacueerden dient in deze tijden te gebeuren met toepassing van de basisregels met betrekking tot hygiëne en social distance. Net zoals vroeger bepalen duurtijd van de opvang en de grootte van de geëvacueerde groep hoe de opvang georganiseerd wordt. Om de verspreiding van COVID-19 te beperken zullen er bijkomende maatregelen nodig zijn. Het is goed om hierover vooraf na te denken door te spreken met de PSH-medewerkers zodat het plan van aanpak klaar ligt en uitgevoerd kan worden wanneer de noodzaak zich aandient. Naast het plan zal er ook een beperkte extra uitrusting en aangepaste signalisatie nodig zijn om een OC aan te passen aan de veranderde omstandigheden.
Download hieronder de #NIPlab handreiking OC in COVID-19 tijd
20200422_oc_c19_handreiking_niplap_v1.pdf |